Het lokaal bestuur Ravels en de huisartsen van Ravels streven ertoe het algemeen welzijn van de inwoners van Ravels te bevorderen. De toegankelijkheid van de eerste lijn is hierin van cruciaal belang. Om de toegang tot de eerste lijn te vergemakkelijken, en eventuele drempels weg te werken, wil het lokaal bestuur Ravels, in overleg met de wachtkring, onderdeel Ravels, Weelde en Poppel, een verpleegkundige aanstellen die laagdrempelig aanwezig is in de verschillende buurten van Ravels.
De verpleegkundige tracht, vanuit een outreachende en proactieve benadering, met een focus op kwetsbare groepen, meer toeleiding te creëren naar de partners uit de eerste lijn (huisartsen, thuisverpleegkundigen, mutualiteiten, CAW, OCMW,…) en te werken rond sensibilisering en preventie. Dit doet de verpleegkundige door vanuit een één-op-één relatie in contact te treden met de burger, en dit in de leef- en woonomgeving van de burger.
De overeenkomst wordt, mits positieve jaarlijkse evaluatie, afgesloten voor een periode van 4 jaar.
De verpleegkundige heeft zijn/haar standplaats in het administratief centrum van het OCMW Ravels (of het lokaal bestuur Ravels), en wordt aangestuurd vanuit het OCMW Ravels. Hij/zij staat onder leiding van en rapporteert aan de hoofdmaatschappelijk assistent van de sociale dienst.
De werking van de verpleegkundige wordt gefinancierd door zowel het lokaal bestuur Ravels als de wachtkring, onderdeel Ravels, Weelde en Poppel. Het lokaal bestuur Ravels kan hiervoor terugvallen op de middelen die het had voorzien voor de aanstelling van een buurtopbouwwerker in het kader van de actie 'AC000075 - Oprichten en ondersteunen van projecten buurtgerichte zorg'. De nadruk blijft liggen op het laagdrempelig, outreachend en aanklampend werken, maar het accent verschuift naar de medische opvolging van burgers. De redenen voor de accentverlegging zijn als volgt:
- de nieuwe mogelijkheid om op een meer intensieve manier samen te werken met de wachtkring, onderdeel Ravels, Weelde en Poppel, wat de communicatie tussen de sociale dienst en de huisartsen van Ravels kan versterken, en dit in het voordeel van de burger;
- de onsuccesvolle zoektocht naar een nieuwe buurtopbouwwerker voor Ravels;
- de voornamelijk medische invalshoek die de vorige buurtopbouwwerker had op vraag van de burger.
De ontwerpovereenkomst tussen het lokaal bestuur Ravels en de wachtkring, onderdeel Ravels, Weelde en Poppel, zoals voorgesteld in bijlage, wordt goedgekeurd.
Een gemeenschappelijk aanbod van telecomdiensten stelt de gemeente in staat om een gepaste ondersteuning te bieden aan diverse noden. Er ontstaat geen exclusief recht voor de gekozen dienstverleners voor het leveren van de telecomdiensten opgenomen in de contracten. Er is de mogelijkheid tot modulaire afname van individuele diensten. Het dienstenaanbod voorziet in een ingebouwde flexibiliteit. De consistente kwaliteit van de geleverde diensten wordt gerealiseerd via een doorgedreven procesmatige werking en naleving van SLA's. Het dienstenaanbod voorziet de nodige mechanismen om mee te evolueren met de noden van de markt en de klant. Het contract voorziet in een transitie van de huidige telecomdienstverlening naar het nieuwe telecomcontract, met een minimale impact voor de klanten, zodat de continuïteit van de dienstverlening door de klanten aan onder meer de burgers en bedrijven in Ravels gewaarborgd blijft.
De Vlaamse Regering besliste op 21 april 2017 principieel (zie document VR PV 2017/13 - punt 0029) tot gunning via een onderhandelingsprocedure met bekendmaking van de overheidsopdracht, waarvan het voorwerp bestaat uit "Het aanbieden van een breed gamma van telecommunicatiediensten, bestaande uit spraaktelefonie (vast en mobiel) en marketingnummers, datacommunicatie (vast, mobiel en inclusief "Machine to Machine" of "Internet of Things") en virtuele telefooncentrales (Cloud PBX)".
Deze opdracht werd verdeeld over de volgende 4 percelen:
In uitvoering van deze beslissing werd door de projectleider Telecommunicatie het bestek nr. 2017/HFB/OPMB/33326 goedgekeurd.
Het Basiscontract stelt in punt 4.1: De Raamovereenkomsten wordt geplaatst door de Vlaamse Gemeenschap, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering bij delegatie, in de persoon van de Vlaamse minister bevoegd voor bestuurszaken, hierna genoemd “Het Bestuur”. De Vlaamse Gemeenschap treedt daarbij op enerzijds voor zichzelf (en dus voor de in 5.1.1 bedoelde entiteiten), anderzijds ook als opdrachtencentrale in de zin van artikel 2, 4° van de Wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten voor de in punt 5.1.2 bedoelde entiteiten welke krachtens artikel 15 van de voormelde Wet van 15 juni 2006, bij afname vrijgesteld zijn van de verplichting om zelf een gunningsprocedure te volgen.
Het Basiscontract stelt in punt 4.2 : het Bestuur is bevoegd voor het opvolgen en bijsturen van de wijze waarop de Dienstverlener de Raamovereenkomst uitvoert en het wijzigen en beëindigen van de Raamovereenkomst, terwijl een Klant de leiding en het toezicht (zoals bedoeld in art. 11 KB Uitvoering) uitoefent op de uitvoering van een door die Klant bestelde Dienst of Project.
In dit Basiscontract wordt duidelijk aangegeven wie (Bestuur of Klant) welke beslissing kan nemen.
Het Basiscontract stelt in punt 6 : de Dienstverlener heeft geen exclusief recht op het leveren van de Dienstenpakketten. Dit betekent o.a. dat voor wat betreft een locatie die (gebouw dat) door het Bestuur of een Klant in gebruik wordt genomen na toetreding tot de Raamovereenkomst, het Bestuur/de Klant de mogelijkheid heeft om een beroep te doen op (een) alternatieve operator(en)/dienstverleners. Dit betekent tevens dat de verschillende Klanten, evenwel met inachtneming van de bepalingen zoals vastgelegd in punt 16.6 (en in het bijzonder de naleving van een opzegperiode van drie (3) maanden), er kunnen voor opteren bepaalde Dienstenpakketten niet of niet meer af te nemen indien ze van mening zijn dat ze dit zelf of via een andere dienstverlener voor een betere prijs/kwaliteitverhouding kunnen krijgen. Dienovereenkomstig geeft het Bestuur geen enkele garantie wat betreft volume, noch qua trafiek, noch qua aantal abonnementen.
Het Basiscontract stelt in Punt 16.6 : Aangezien, in overeenstemming met punt 6, binnen deze opdracht geen exclusiviteit wordt verleend aan de Dienstverlener, kan elke Klant tijdens de volledige duur van de Raamovereenkomst, op elk ogenblik en onder de voorwaarden van dit punt zonder kosten en zonder reden, ervoor opteren om alle of bepaalde Diensten niet meer af te nemen. In afwijking hiervan, zal de Klant die de afname stopzet van een Dienst waarvoor door de Dienstverlener een fysieke installatie op de klantenlocatie werd gerealiseerd, niettemin verplicht zijn tot het betalen van de maandelijkse prijs gedurende een totale periode van (maximum) 24 maanden te rekenen vanaf de eerste ingebruikname; en dit als vergoeding voor de door de Dienstverlener gemaakte kosten voor de fysieke installatie. Een Klant die wenst af te zien van verdere afname, zal de Dienstverlener daarvan via een aangetekende brief op de hoogte brengen en moet een opzegtermijn van drie (3) maanden respecteren. Alle bepalingen met betrekking tot de te nemen Exit maatregelen bij het einde van de Raamovereenkomst vastgesteld in punt 16.3.2en met betrekking tot de Bijstand na beëindiging van de Raamovereenkomst vastgesteld in punt 16.5, gelden eveneens bij een Deelexit.
Op 22 juni 2018 besliste de Vlaamse Regering de voornoemde opdracht te gunnen aan:
Als gevolg van de gunning van voormelde percelen, werd door de Vlaamse Gemeenschap voor elk perceel met de gekozen dienstverlener een raamovereenkomst met één dienstverlener in de zin van de wet van 15 juni 2006 gesloten waarbij de Vlaamse Gemeenschap telkens optreedt als opdrachtencentrale in de zin van de artikelen 2, 4) en 15 van de wet van 15 juni 2006.
Het bestuur kan van de mogelijkheid tot afname van één of meerdere raamovereenkomsten via de opdrachtencentrale gebruik maken waardoor zij/het krachtens artikel 15 van de wet van 15 juni 2006 is vrijgesteld van de verplichting om zelf een gunningsprocedure te organiseren.
Het is aangewezen dat het OCMW gebruik maakt van deze door de opdrachtencentrale aangeboden raamovereenkomst(en) om volgende redenen:
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.
Het bestuur doet beroep op de opdrachtencentrale van de Vlaamse Gemeenschap voor afname van telecommunicatiediensten aangeboden via de Raamovereenkomst gesloten voor de volgende percelen:
Het vast bureau wordt belast met de uitvoering.
Het bestuur heeft voor het voorzien in een tweede pensioenpijler de keuze tussen enerzijds een overheidsopdracht voor een groepsverzekering bij een verzekeraar en anderzijds het aansluiten bij een instelling voor bedrijfspensioen-voorziening (pensioenfonds).
Na onderhandelingen met de VVSG, werd OFP PROVANT omgevormd tot OFP PROLOCUS (een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening met ondernemingsnummer 0809.537 155), een pensioenfonds waarbij alle lokale besturen van het Vlaamse Gewest kunnen toetreden.
Door de toetreding bij een IBP is men meer betrokken bij het beheer van zijn pensioenfinanciering. In tegenstelling tot een groepsverzekering, vaardigt het bestuur een vertegenwoordiger in de algemene vergadering van OFP PROLOCUS af. Naast controlebevoegdheid heeft het bestuur ook de mogelijkheid om – indien nodig - punten op de agenda van de algemene vergadering te zetten. In tegenstelling tot een groepsverzekering streeft een IBP geen winsten ten voordele van de organisatie zelf na.
Een IBP heeft ruime beleggingsmogelijkheden, zodat een ruimer rendement mogelijk is dan in een tak 21 verzekering, zonder dat dit enige garantie inhoudt;
Het bestuur kan toetreden tot OFP PROLOCUS zonder overheidsopdracht vermits aan de voorwaarden van een in house opdracht voldaan zijn. Ten eerste: het bestuur oefent immers via de algemene vergadering waar ze lid van wordt, toezicht uit op OFP PROLOCUS zoals op haar eigen diensten. Ten tweede: meer dan 80% van de activiteiten van de OFP PROLOCUS de uitvoering van taken behelst die hem zijn toegewezen door de controlerende overheden, nl. het voorzien in aanvullende pensioenen voor lokale en provinciale besturen. Ten derde: is er geen directe participatie van privékapitaal in de OFP PROLOCUS. Ten vierde: OFP PROLOCUS is zelf onderworpen aan de wetgeving op de overheidsopdrachten.
OFP PROLOCUS zal, in het verlengde van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen, zwaar inzetten op het duurzaam karakter van zijn beleggingen.
Het aanbod van OFP PROLOCUS voorziet, net zoals de groepsverzekering die tot eind 2021 werd aangehouden bij Ethias en Belfius Insurance geen werknemersbijdragen vereist, in een overlijdensdekking en een kapitaalsuitkering.
Ook de mogelijkheid bestaat van een zogeheten “steprate” bijdrage. Het is dus mogelijk om op het gedeelte van het loon dat boven het maximumplafond voor de berekening van het wettelijke pensioen uitkomt, een hogere toezegging te doen om zo het verschil tussen een statutair pensioen en een wettelijk pensioen verder te verkleinen.
Er bestaan drie soorten pensioenplannen (defined benefit of vaste prestaties, cash balance en defined contribution of vaste bijdragen). De voorgestelde formule is een vastebijdragenplan. In dit plan belooft de werkgever een bepaalde bijdrage (een bijdrage uitgedrukt als een percentage van het aan de RSZ onderworpen brutoloon) te betalen zonder vastgesteld rendement en de behaalde rendementen worden toegekend conform het kaderreglement.
Het bestuur moet de vastgestelde bijdrage minimum betalen. Wanneer het wettelijk minimumrendement niet behaald wordt, zal het bestuur bijkomende bijdragen moeten betalen, zodat in elk geval voor de aangeslotenen het wettelijk minimum rendement (momenteel 1,75% voor actieve aangeslotenen[1], 0% voor passieve aangeslotenen[2]) moet behaald worden.
Het bestuur voorziet als bijkomende veiligheid de eerste vijf jaar, bovenop de middelen nodig voor de pensioentoezegging, in een extra prefinanciering van 5 % om zo de kans op het betalen van bijkomende bijdragen te verkleinen. Deze prefinanciering blijft ter beschikking van het bestuur ter financiering van latere bijdragen.
Het bestuur kan met andere rechtspersonen waarmee ze nauwe banden heeft (AGB’s, OCMW) een MIPS-Groep vormen. Binnen een MIPS-groep kan interne mobiliteit voor het personeel zonder dat dit gevolgen heeft voor de pensioentoezegging van het personeelslid. Binnen een MIPS-groep speelt een onderlinge solidariteit.
De kosten voor de werking van OFP PROLOCUS voor 2022 forfaitair worden vastgelegd op 1000 euro per jaar per werkgever en 10 euro per jaar per aangeslotene. Deze bedragen worden jaarlijks geïndexeerd tot en met 2024. Nadien zal een meer stabiel systeem van kostenvergoeding worden uitgebouwd, gebaseerd op de werkelijke kosten enerzijds en het werkelijke aantal aangesloten besturen en medewerkers anderzijds.
Gelet op de statuten, de beheersovereenkomst, het financieringsplan (algemeen luik en specifiek luik VVSG), de Verklaring inzake Beleggingsbeginselen (algemeen luik en specifiek luik VVSG), het Kaderreglement en het bijzonder pensioenreglement, de toetredingsakte.
Gelet op het protocol van het onderhandelingscomité C1.
De nodige kredieten worden voorzien in de meerjarenplanning.
Het vast bureau van 22 maart 2022 stelt voor om met ingang van 1 januari 2022 toe te treden tot OFP PROLOCUS en de eraan gekoppelde modaliteiten qua pensioentoezegging.
De intentie werd geuit werd om met volgende entiteiten (gemeente en OCMW) een MIPS-groep te vormen om de interne mobiliteit van het personeel tussen beiden entiteiten te bevorderen.
Op basis van het financieringsplan zullen de verschuldigde bijdragen en de kosten voor het functioneren van OFP PROLOCUS ingehouden worden door de RSZ en daarna doorgestort worden aan OFP PROLOCUS.
Voormelde intentieverklaring van het college van burgemeester en schepenen en voormelde documenten werden in het bijzonder onderhandelingscomité van 23 maart 2022 besproken. Deze bespreking leidde tot volgend niet bindend advies: protocol van akkoord. ;
Een vertegenwoordiger moet aangeduid worden om het bestuur te vertegenwoordigen in de algemene vergadering van OFP PROLOCUS.
Bij geheime stemming werd overgegaan tot aanwijzing van een volmachtdrager in de algemene vergadering van OFP PROLOCUS
Bij geheime stemming werd overgegaan tot aanwijzing van een plaatsvervangende volmachtdrager in de algemene vergadering van OFP PROLOCUS
19 stemmen werden uitgebracht als volgt:
Na de beslissing tot toetreding, moet dit aan OFP PROLOCUS meegedeeld worden en de algemene vergadering van OFP PROLOCUS moet de kandidatuur goedkeuren.
[1] Een aangeslotene in dienst van het bestuur
[2] Een aangeslotene die het bestuur verlaten heeft en zijn pensioenreserves in OFP PROLOCUS heeft laten staan.
Kennis genomen wordt van en ingestemd wordt met
Kennis wordt genomen van de verklaring inzake beleggingsbeginselen (SIP) (algemeen luik en luik VVSG) en de statuten.
Beslist wordt om met ingang van 1 januari 2022 toe te treden tot OFP PROLOCUS (Afzonderlijk vermogen VVSG), en hiertoe onverwijld een verzoek tot aanvaarding als lid van de Algemene Vergadering te richten tot OFP PROCOLUS.
Ingestemd wordt met het feit dat de door het financieringsplan verschuldigde bijdragen en de kosten voor het functioneren van OFP PROLOCUS zullen worden geïnd door de RSZ in naam en voor rekening van OFP PROLOCUS.
De pensioentoezegging bedraagt 4% van het pensioengevend loon.
Mevrouw Chris Bax, algemeen directeur, wordt afgevaardigd als vertegenwoordiger in de algemene vergadering van OFP Prolocus.
Mevrouw Isabel Byns, adjunct financieel directeur, wordt aangeduid als vervanger van voorgaande indien zij niet aanwezig kan zijn.
De voorzitter van de Raad en de algemene directeur worden gemachtigd om de noodzakelijke vervolgstappen te nemen voor de uitvoering van voormelde beslissingen.
Volgende punten werden besproken op initiatief van de vermelde raadsleden:
Kennis wordt genomen van de bespreking van de variapunten.